De zelfopgelegde deadline

De belangrijkste deadline die ik op dit moment heb, is de enige die ik niet haal. Niemand zit er namelijk op te wachten, zet er druk op of vraagt er op welke manier dan ook naar, behalve ikzelf. En ik ben heel goed in mezelf ontzien. Ik heb alle begrip voor mijn eigen excuses, zoals daar zijn:

  • Ik heb zoveel andere deadlines.
  • Ik moet nog boodschappen doen.
  • Ik ben moe.

Begin dit jaar sprak ik met mezelf af dat ik voor de zomer de eerste versie van mijn manuscript af zou hebben. Nou is die deadline niet erg duidelijk, misschien bewust. Voor de zomer zou kunnen betekenen ‘nu dus al’. Want de meteorologische zomer begint op 1 juni. Het zou ook kunnen betekenen ‘voor 21 juni’. Het zou ook kunnen betekenen ‘voor de bouwvak’. Maar wat het ook betekent, het is verstreken of gevaarlijk dichtbij, en ik ben nog lang niet in de buurt van voltooiing. Ik geef namelijk steeds andere deadlines voorrang met de gedachte dat ik daarna tijd vind om aan mijn manuscript te werken. Dan komen er echter weer nieuwe opdrachten, en weer, en weer. En zo niet, dan ga ik boodschappen doen en slapen.

Zo werkt een zelfopgelegde deadline dus: niet. Niet als je de avonden en weekends vrijhoudt voor lamlendigheid en alle excuses van jezelf klakkeloos accepteert. Terwijl het helemaal niet zo moeilijk is. Geen slaap maar koffie. Geen boodschappen maar schrijven. Want ik wil een schrijver zijn, en schrijvers, die schrijven.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *